Dit is de tweede blog van gastblogger Joep Wijsbek.
Zo nu en dan schrijft een enthousiaste gastblogger mee aan de inspiratieblog van Zinnovia. De gastbloggers zijn gepensioneerde mensen die, eenmalig of vaker, willen schrijven over het invullen van de levensfase na het pensioen.
De afgelopen week las ik een column van René Diekstra, waarin deze constateert dat de anti-aging houding in onze samenleving almaar heftiger lijkt te worden. Je kunt nauwelijks meer een crème of lotion kopen of er staat met koeienletters als voornaamste aanbeveling ‘anti-aging’ op, aldus Diekstra. Ook worden steeds vaker levensmiddelen aangeboden met de aanbeveling ‘anti-aging’ erop gedrukt. Alsof je je jong kunt eten. ‘En om het helemaal bont te maken’, zo schrijft hij, ‘ontving ik een folder waarin een conferentie werd aangekondigd onder de titel Aging as a preventable medical condition, zeg maar: veroudering als een voorkoombare ziekte. Veroudering als ziekte, hoe onvriendelijk wil je het hebben?’
Volgens Diekstra heeft deze ontwikkeling vooral te maken met de angst voor ‘kwetsbaarheid’. ‘Nogal wat mensen’, aldus Diekstra, ‘vermijden liefst contact met ouderen omdat die hen confronteren met wat vroeg of laat ook hen aan kwetsbaarheden te wachten kan staan. En ouderen gaan niet zelden contact met de jongere generaties uit de weg omdat ze zich schamen voor hun kwetsbaarheid’
Ouderdom is vaak een synoniem voor ‘verval’
Ten onrechte, schrijft universitair docent Hanne Laceulle in haar recente proefschrift. In haar optiek wordt er door veel mensen op twee, te beperkte manieren, naar ouderdom gekeken. Enerzijds is er het ‘vervalperspectief’, dat ouder worden interpreteert als een proces van onherroepelijk verval en achteruitgang. Anderzijds het ‘trotseerperspectief’, dat goed ouder worden gelijkstelt met zo lang mogelijk jong blijven. Haar bezwaar tegen deze zienswijzen is tweeledig.
Ten eerste: als we ouder worden gelijkstellen aan verval, wordt het onmogelijk om te zien dat ouder worden ook mogelijkheden heeft, dat de waarden van de jeugd (fitheid, productiviteit) niet de enige zijn die meetellen. Mensen kunnen zich blijven ontwikkelen en blijven groeien, ook – of misschien wel juist? – als de kwetsbaarheid van het leven zich opdringt. Ten tweede: deze twee dominante verhalen bieden ons geen aanknopingspunten, geen voorbeelden om ons op een zinvolle manier te verhouden tot kwetsbaarheid, die we bij het ouder worden nu eenmaal steeds vaker tegenkomen.
De manier waarop nu naar ouderdom wordt gekeken is in haar visie schadelijk. Ouderen worden erdoor beperkt in hun mogelijkheden hun leven op een zinvolle manier, samen met anderen, volgens hun eigen aspiraties en capaciteiten vorm te geven. Omdat we de negatieve stereotyperingen over ouderdom allemaal van jongs af aan internaliseren, hebben ze ook een negatief effect op het zelfrespect, de identiteit en de gezondheid van ouderen. Ze verhinderen bovendien dat we als samenleving profijt trekken van de potentie van ouderen, omdat deze potentie domweg uit beeld verdwijnt.
Wat is ziekte?
Een andere invalshoek in dit verband betreft de vraag wat ziekte is? Wanneer is iemand ziek? Er zijn geen objectieve criteria voor ziekte en gezondheid. Wat we ziek en gezond noemen, is gebaseerd op steeds weer veranderende afspraken. Afspraken waarbij burgers/patiënten, wijzelf dus, niet of nauwelijks worden betrokken. Terwijl het toch om onze gezondheid gaat.
Dat laatste begint nu in het medische circuit ook door te dringen, mede dankzij arts en onderzoeker Machteld Huber. Zij heeft een definitie voor gezondheid bedacht die recht doet aan veel meer aspecten die met gezondheid samenhangen dan alleen verouderende cellen en haperende organen. Gezondheid, zegt Huber, is het vermogen je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele uitdagingen die het leven je stelt. Huber vertelt dat we dankzij onze veerkracht en ons aanpassingsvermogen heel lang een goed leven kunnen leiden. Dit sluit aan bij de opvatting van Hanne Laceulle dat ook ouderen kunnen worden wie ze willen zijn.
En René Diekstra? Die vraagt zich af wat is er zo beschamend is aan kwetsbaarheid? Waarom zou je het zo min mogelijk moeten zijn en als je het wel bent, het zo min mogelijk mogen tonen? Is het niet juist iemands kwetsbaarheid die vaak het beste in ons naar boven haalt?
“Becoming who you are. Aging, self-realization and cultural narratives about later life.” – Proefschrift door Hanne Laceulle, Universiteit voor Humanistiek (2016).
“Towards a new, dynamic concept of Health. Its operationalisation and use in public health and healthcare, and in evaluating health effects of food” – Proefschrift door Machteld Huber, Universiteit van Maastricht (2014).
Gezondheid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren.
Over de auteur
Joep Wijsbek (67) heeft veel affiniteit met thema’s als levenskunst en zingeving. Hij leest en schrijft er graag over. Als filosoof en psycholoog heeft Joep – zowel in het bedrijfsleven als in zijn filosofische praktijk Medina – jarenlange ervaring en kennis opgebouwd rond deze thema’s. Hij heeft er zelfs boeken over geschreven zoals Leef! Zingeving, zelfreflectie & levenskunst en Levenskunst à la carte. In zijn gastblogs deelt hij als expert en als ervaringsdeskundige zijn visie op de levensfase na het pensioen en het ouder worden in onze samenleving.